Overslaan en naar de inhoud gaan

CD-opname: Ruckers me fecit Antverpiae

In augustus 2020 liet Museum Vleeshuis in de Antwerpse Begijnhofkerk een nieuwe cd opnemen. Klavecinist Mario Sarrechia speelde muziek uit de periode 1560-1660, de gouden eeuw van de Antwerpse klavecimbelbouw. Daarvoor gebruikte hij maar liefst 5 heel verschillende Antwerpse klavecimbels en virginalen. De opname kadert niet alleen in het grote 'Antwerpen Klavecimbelstad'-project, maar is ook het startschot van een nieuwe samenwerking met het Snijders&Rockoxhuis.

Antwerpen, 1659

Antwerpen, de avond van 19 april 1659. In een huis aan de Meir, in een kamer vol schilderijen — Rubens, Van Dyck, Tintoretto en spoedig Vermeer — klinkt muziek gespeeld op kostbare Antwerpse klavecimbels en virginalen. De Franse barones van Belvoir, Béatrix de Cusance, is erbij en schrijft een dag later een brief aan haar goede vriend, de Nederlandse dichter en diplomaat, Constantijn Huygens. ‘De dierbare en weergaloze Francisca Duarte laat ons zeldzame en buitengewone dingen horen. Zij gaat van dag tot dag duizendmaal beter spelen. Ik heb haar gisteravond tot middernacht horen spelen en ik heb haar zojuist verlaten om u te kunnen schrijven. Zij wordt steeds voortreffelijker!’ Francisca speelt alleen, maar ze begeleidt soms ook haar zus Leonora die zingt. De derde zus, Catharina, neemt er graag de luit bij.

In 2018 nodigde het Snijders&Rockoxhuis Museum Vleeshuis uit om een Muziekkamer in te richten in de historische woning van Nicolaas Rockox. De Muziekkamer is geïnspireerd door de muzikale 17de-eeuwse, Antwerpse familie Duarte. In de Muziekkamer is de familie een avond te gast bij burgemeester Rockox.

Nu gaan het Snijders&Rockoxhuis en Museum Vleeshuis een nieuwe samenwerking aan. Vanaf 26 maart kan je zowel in het Snijders&Rockoxhuis als in Museum Vleeshuis terecht voor de expo Klavier. Bij die nieuwe expo hoort ook muziek. Muziek die zonder twijfel ooit in Antwerpen klonk, gespeeld op kopieën van 5 Antwerpse klavecimbels en virginalen. Het resultaat is een imaginair huisconcert, geïnspireerd door die ene avond in 1659, maar ook een ode aan 100 jaar Antwerpse klavecimbel- en virginaalbouwers.

De muziek

Voor het programma van de cd doken we in de archieven, op zoek naar muziek uit de periode 1560-1660, het gouden tijdperk van de Antwerpse klavecimbelbouw. Van welke klaviermuziek weten we dat ze ooit in Antwerpen te horen was? En welke componisten hebben een band met de Scheldestad? Het antwoord op die vraag is een huisconcert waar Plantijn en Rockox, Rubens en Van Dyck zich meteen thuis zouden voelen.

Een belangrijke bron vormde de uitgebreide correspondentie van en over de familie Duarte. Deze van oorsprong Joods-Portugese familie, die niet lang voor 1575 naar Antwerpen verhuisde, was uitzonderlijk muzikaal. Gaspar Duarte (ca.1584-1653) en zijn dochters Leonora (1610-1678?), Francisca (1619-1678) en Catharina (1614-1678?) gaven regelmatig huisconcerten, en ook zonen Diego (1612-1691) en Gaspar (II) (1616-1685) waren muzikaal zeer begaafd. Bovendien had de familie minstens vijf klavierinstrumenten in huis. De beroemde Antwerpse klavecimbelbouwers van de familie Ruckers-Couchet waren goede bekenden.

Welk repertoire klonk er bij de Duarte’s – en zonder twijfel ook bij heel wat andere Antwerpse muziekliefhebbers? Het antwoord is opvallend Europees. Naast (verloren gegane) eigen composities lagen er op de klavecimbellessenaar partituren van onder meer John Bull (ca.1562-1628), Girolamo Frescobaldi (1583-1643), Johann Jakob Froberger (1616-1667), Jacques Champion de Chambonnières (1602-1672) en Michel Lambert (1610-1696). Vlaams, Engels, Italiaans, Duits en Frans dus.

Maar er zijn natuurlijk nog andere sporen van klaviermuziek die in Antwerpen klonk. De Engelsman Peter Philips (1560-1628) werkte, net als zijn landgenoot John Bull, in de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. De Nederlandse componist Jan Pieterszoon Sweelinck (1562-1621) kwam in 1604 naar Antwerpen om er een Ruckers-klavecimbel te kopen dat het Amsterdamse stadsklavecimbel moest worden. En het klavierhandschrift Susanne van Soldt (1599) reisde, net als zijn eigenares, van Antwerpen via Amsterdam naar Londen.

Met die kennis als vertrekpunt werkte de jonge klavecinist Mario Sarrechia een boeiend programma uit.

Het team

Spil van de nieuwe opname is Mario Sarrechia. Mario studeerde met verschillende onderscheidingen af aan de muziekconservatoria van Antwerpen (Ewald Demeyere) en Amsterdam (Bob van Asperen, Menno van Delft en Richard Egarr). Na zijn studies raakte hij verbonden aan het wereldvermaarde barokorkest La Petite Bande van Sigiswald Kuijken, met wie hij als continuo-speler en solist op verschillende vooraanstaande concertpodia stond in Europa en Japan. Verder werkte hij samen met toonaangevende musici als onder andere Enrico Onofri, Ann Hallenberg en Ryo Terakado. Als onderzoeker spitst hij zich toe op klavierintabulaties van 17de-eeuwse Franse chansons en gaf hierover lezingen aan onder meer de University of Cambridge. Mario woont in Amsterdam en is naast zijn werkzaamheden als muzikant docent muziektheorie aan de Hogeschool Leiden.

Net als bij de huisconcerten van de familie Duarte zorgen stem en luit voor afwisseling. Sopraan Lieselot De Wilde en luitist Justin Glaie voegen zich in verschillende stukken bij Mario, of ze brengen ze samen liederen die andere componisten tot klavecimbelmuziek herwerkten.

Mario, Lieselot en Justin waren eerder al te horen in Museum Vleeshuis. Mario en Justin ook in het Snijders&Rockoxhuis.

Korneel Bernolet, klavecinist, dirigent en docent aan het Koninklijk Conservatorium Antwerpen, vervulde de rol van opnameleider. Vanuit zijn achtergrond als musicus is hij de geknipte persoon om de klank van de Antwerpse klavieren vast te leggen.

Klavecinist Christophe Bursens stond mee in voor het stemmen van de instrumenten.

 

 

De instrumenten

Voor de opname bracht Museum Vleeshuis vijf verschillende klavierinstrumenten samen – zes als we de moeder-en-kindcombinatie meerekenen. Het zijn allemaal moderne kopieën van 17de-eeuwse Antwerpse klavieren van de familie Ruckers-Couchet. De kopieën komen uit heel diverse ateliers. Niet alleen gerenommeerde ateliers (Griewisch, Crijnen, W. Maene), maar ook een nieuw bouwer: het klavecimbel dat voormalig CMB -student Jean-Pierre Hemmeryckx maakte, krijgt hier zijn opnamedebuut.

Bovenstaande instrumenten zijn ook samen te gebruiken als een moeder-en-kindvirginaal.

 

  • Virginaal (spinettype, 4 ½ voet), door Matthias Griewisch (2014) naar Joannes Ruckers (Antwerpen, 1629), MIM, Brussel. Collectie Christophe Bursens.
  • Klavecimbel (2 klavieren), door Titus Crijnen, met beschilderingen van Elena Felipe Royo (2017) naar Joannes Ruckers (Antwerpen, 1624; vervolgens meermaals aangepast in Frankrijk in de late 17de en vroege 18de eeuw), Musée Unterlinden, Colmar. Collectie Mario Sarrechia.

* = Het originele instrument is permanent tentoongesteld in Museum Vleeshuis
+ = Het originele instrument is tijdelijk tentoongesteld in het Snijders&Rockoxhuis

 

De cd

De cd Ruckers me fecit Antverpiae verschijnt op het label Et'cetera (KTC 1755) en is te koop in de shop van Museum Vleeshuis en in de betere cd-winkel. Meer informatie vind je ook op de website van Et'cetera.

Meld je aan voor de nieuwsbrief